Diverse media meldden dat drie grote uitvaartbedrijven zijn gestopt met balsemen van overledenen. De reden is dat medewerkers mogelijk gezondheidsrisico’s lopen bij het mengen van kankerverwekkende vloeistoffen voorafgaand aan de balseming. Middelen voor balseming zijn biociden.

Middelen voor balseming zijn biociden in productsoort 22 (PT22). Er zijn in Nederland geen biociden toegelaten voor balseming. In de berichten wordt gesproken over het gebruik van glutaaraldehyde. Deze werkzame stof in biociden is niet toegestaan voor producten in PT22, omdat de stof hiervoor niet is goedgekeurd en ook niet in het werkprogramma zit om te worden beoordeeld.

Lichte balsemingen

Enkele andere uitvaartbedrijven zouden nog wel doorgaan met het uitvoeren van lichte balsemingen (thanatopraxiebehandeling). Deze behandeling is sinds 2010 toegestaan (Wet op de lijkbezorging, art. 71, lid 4), maar er zijn nog steeds geen toegelaten middelen voor. Bij deze behandeling wordt een conserverende vloeistof in de bloedbaan gebracht, zodat het ontbindingsproces tijdelijk stopt.

Bescherming onvoldoende

In de artikelen staat dat uit onderzoek van Dela blijkt dat het toepassen van beschermingsmiddelen zoals maskers en extra ventilatie tijdens de balseming misschien onvoldoende is geweest. Daarom is de behandeling sinds begin april 2021 gestaakt en wordt momenteel een onderzoek naar de methode gestart. Volgens Dela ’om het zekere voor het onzekere te nemen’.

Lees het artikel in de Telegraaf of in het Algemeen Dagblad