Meer voorlichting kan helpen bij het duurzamer bestrijden van aangroei op boten in de pleziervaart. Deze conclusie trekken meer dan 20 vertegenwoordigers van overheid, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties, die met elkaar in gesprek gingen tijdens het KNB event ‘Naar een toekomstvisie op aangroeiwerende verven’.


De HISWA Vereniging wil graag  een oplossing voor particulieren die varen in zout water. De aangroeiwerende verven die zijn toegestaan voor particulieren volstaan voor zoet water maar vaak niet voor zout water. Mensen grijpen dan bijvoorbeeld zelf naar professionele verven voor zout water. Jeroen van den Heuvel van de HISWA Vereniging: “Goede communicatie kan ervoor zorgen dat consumenten een zo duurzaam mogelijke keuze maken.”

Hans Snel van het Ctgb College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden) schetst het proces van toelating van aangroeiwerende verven onder de Europese Biocidenverordening. In verven mogen alleen werkzame stoffen gebruikt worden die Europees zijn goedgekeurd. Per Europees land moet elke verf apart op de markt worden toegelaten. Hoewel gestreefd wordt naar harmonisatie kunnen er tussen landen nu nog grote verschillen in toelatingsbeleid zijn. Middelen worden toegelaten voor alleen de professional of de particulier plus de professional.

Marianne Braam van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT Inspectie Leefomgeving en Transport (Inspectie Leefomgeving en Transport)) vertelt dat overtredingen bij de verkoop van aangroeiwerende verven vaak gevolg zijn van onbekendheid met de regels. Bij inspecties constateert ILT soms dat er producten verkocht worden waarvan de toelating is verlopen of waarvan de etikettering niet klopt.

Innovatie

Vrijwel alle deelnemers vinden dat er voldoende markt is voor innovaties. Toch zijn er barrières die innovaties in de weg staan. “Kleine bedrijven kunnen met de huidige biocidenregelgeving moeilijk een nieuw verfproduct op de markt brengen vanwege de hoge kosten. Het op de markt brengen van een nieuwe verf kost jaren en miljoenen euro’s”, aldus een deelnemer.

Voor innovatieve producten die geen biociden zijn, zijn echter geen toelatingskosten. Uit de presentatie van de HISWA Vereniging blijkt dat er pogingen zijn ondernomen om aangroei op alternatieve wijze te bestrijden. Zo zijn in het verleden borstelbanen geëxploiteerd. Ook is er een beschermende folie op de markt geweest en is er in het verleden gebruik gemaakt van schapenvet. Geen van deze oplossingen bleek tot nu toe economisch rendabel. Een oplossing die wel toekomst heeft is de boot uit het water halen wanneer deze niet wordt gebruikt.

Brede benadering

Het duurzaam bestrijden van aangroei op boten vraagt om een brede benadering. Dit blijkt tijdens de discussie over de stelling: veiligheid van middelen gaat boven beschikbaarheid. De meerderheid van de deelnemers beantwoordt deze vraag positief. Veiligheid voor het milieu zou nader door de overheid bekeken moeten worden: willen we bijvoorbeeld het milieu in de jachthaven beschermen?

Maar voor verduurzaming is meer nodig dan bewust gebruik. Pleziervaart ligt 90 procent van de tijd stil, dit betekent aangroei. Onvoldoende aangroei bestrijden betekent meer vaarweerstand, minder vaarplezier en een hoger brandstofverbruik. Consumenten zoeken een oplossing als beschikbare middelen onvoldoende effectief zijn. Zij halen middelen uit het buitenland of gebruiken een middel dat bedoeld is voor professionals. Naast voorlichting in de hele watersportketen lijkt een stimulans van innovaties nodig.