Door de coronapandemie zijn er meer en nieuwe desinfectiemethoden op de markt gebracht. De verschillende methoden vallen onder verschillende wetgeving, met andere eisen voor de werkzaamheid en de veiligheid. Bij biociden en geneesmiddelen zijn veiligheid en werkzaamheid het beste gegarandeerd. Dit komt doordat een onafhankelijke instantie de producten beoordeeld voor ze op de markt komen. Hierbij gelden eenduidige, Europees afgesproken eisen en beoordelingsmethoden. Voor ozon geldt nog een uitzondering op de biocideregelgeving.
 

Verschillende wetgeving

Het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) heeft een overzicht gemaakt van de desinfectiemethoden tegen het coronavirus en de bijbehorende wetgeving. Bij biociden, geneesmiddelen en medische hulpmiddelen beoordeelt altijd een onafhankelijke instantie de werkzaamheid en de veiligheid. Bij medische hulpmiddelen gelden hiervoor echter geen eenduidige eisen. Bij desinfectiemethoden die onder de Warenwet vallen, is alleen de fabrikant verantwoordelijk voor de beoordeling van de veiligheid en werkzaamheid. Zonder zo’n onafhankelijke beoordeling is het minder zeker of een methode werkzaam en veilig is.

Cosmetica, zoals reinigende handgels, en schoonmaakmiddelen kunnen op desinfectiemiddelen lijken, maar zijn dat niet. Dit soort producten moeten dus niet als zodanig worden gebruikt. Desinfecterende handgels zijn wel desinfectiemiddelen.

Ozon voor lucht- en ruimtedesinfectie

In 2021 waren er onder andere producten op de markt die werken op basis van ozon, bedoeld om lucht en ruimtes te desinfecteren. Ozon is uitgezonderd van de biocideregelgeving onder de Regeling gewasbeschermingsmiddelen en biociden (lees meer in dit Ctgb-bericht). Deze producten vallen daarom nu nog onder de Warenwet, en zijn dus niet onafhankelijk beoordeeld op werkzaamheid en veiligheid. Zodra ozon is goedgekeurd onder de Biocidenverordening gaat dit wel gebeuren.

In situ generatie

Verder bleken desinfectiemethoden op de markt te zijn waarvoor een toelating nodig is omdat deze onder de biocideregelgeving vallen. Het gaat bijvoorbeeld om biocide coatings op basis van nikkel en nanokoper, en bepaalde desinfectiemethoden voor lucht en ruimtes die werken op basis van in situ generatie. Deze methoden zijn tot nu toe niet toegelaten, en zijn dus illegaal op de markt. Hun werkzaamheid en veiligheid is daardoor niet onafhankelijk beoordeeld.

Aanbevelingen RIVM

Voor sommige producten die zijn bedoeld voor desinfectie is niet duidelijk onder welke wet ze vallen. Het RIVM adviseert betrokken toezichthouders en toelatingsautoriteiten om samen te zorgen voor helderheid.  Het RIVM beveelt aan nader te onderzoeken welke desinfectiemethoden aantoonbaar helpen om het coronavirus (en andere ziekteverwekkers) minder te verspreiden. Door onnodig en onjuist gebruik van desinfectiemiddelen kunnen bacteriën er resistent tegen worden. Het RIVM vindt het belangrijk daarom ook te onderzoeken hoe consumenten en professionele gebruikers gestimuleerd kunnen worden om desinfectiemiddelen alleen op de juiste manier te gebruiken en alleen wanneer dat echt nodig is. Tot slot adviseert het RIVM om producten die gebruik maken van uv-C-straling waarbij kans is op blootstelling, niet te gebruiken. Het gaat dan bijvoorbeeld om draagbare uv-lampen of polsbandjes met uv-C-straling.

Meer informatie

De onderzoeksresultaten zijn vastgelegd in een RIVM-rapport Aanbod van desinfectiemethoden tegen het coronavirus in 2021 en aangekondigd met een nieuwsbericht op de RIVM-website.